Nooteboom als dichter

Cees Nooteboom geniet vooral bekendheid vanwege zijn romans en zijn reisboeken. Voor hem zelf echter komt de poëzie op de eerste plaats. Kort na zijn de publicatie van zijn eerste roman debuteerde hij in 1956 als dichter. In die periode was er in Nederland een dominante stroming experimentele nieuwe dichters, maar daar hoorde Nooteboom niet bij, noch bij een andere stroming. Hij was een eenling die zich thuis voelde in vele kamers van ‘het huis van de poëzie’, en werd veelal beïnvloed door buitenlandse dichters. Hij vertaalde werk van dichters als Wallace Stevens, Eugenio Montale, Pablo Neruda, Cesare Pavese en Michaël Krüger. In Nederland heeft hij een geestverwant in de dichter Jan Jacob Slauerhoff, de rusteloze romantische dichter-scheepsarts (1898-1936), die schreef: ‘Alleen in mijn gedichten kan ik wonen / Nergens anders vond ik onderdak.’


Poëzie is voor Nooteboom een vorm van ascese, van mediteren; een manier van denken. In zijn gedichten stelt hij zich vragen over het wezen van de tijd, de zielsverhuizingen van een mens tijdens zijn leven of de ontvankelijkheid voor poëzie bij hemzelf of (klassieke) collega’s. Het oudste werk mag dan vaak als gesloten getypeerd zijn, het is beslist niet ontoegankelijk. Het zijn exercities van pijn, waarmee een weerloze toeschouwer zichzelf kwelt en zijn eigen onzekere plaats bepaalt. Het raadsel van de tijd, het ‘gefragmenteerde’ leven en de dood wordt in die ‘koude’, ‘zwarte’ of ‘gemaakte’ gedichten met een mathematische en vaak aangrijpende precisie doorgrond. De gedichten zijn tegelijkertijd helder én raadselachtig. De paradox is in die periode bij Nooteboom de stijlfiguur bij uitstek, zoals een titel als Aanwezig, afwezig illustreert.


De meer recente poëzie gaat over waarnemen en zien, over wat ‘het oog’ in concrete en overdrachtelijke zin impliceert, over het gezicht en het geziene en de gedachtewereld die daarachter schuilgaat. ‘Wie het aanzien niet breekt ziet niets,’ staat in Het gezicht van het oog, dat fascinerende reeksen gedichten bevat over de realiteit die weerbarstig en veelkantig is en nooit echt gekend kan worden: ‘elk ding gevallen uit zijn woord / en zonder vangnet neergestort.’


In zijn meest recente bundel bundel Zo kon het zijn overheerst het idee dat de wereld van dichters en denkers in de loop van de tijd uiteen is gevallen, geen eenheid meer vormt. Nooteboom verzet zich tegen dat schijnbaar onvermijdelijke proces met een soort nuchtere weemoedigheid: ‘Daarin bestaan te hebben / met de tijd als haardos, / (…) dat, lieve vriend, is het leven.’


Daan Cartens


Dichtbundels

De doden zoeken een huis. Gedichten. Querido, Amsterdam 1956.


Koude gedichten. Gedichten. Querido, Amsterdam 1959.


Het zwarte gedicht. Gedichten. Querido, Amsterdam 1960.


Gesloten gedichten. Gedichten. De Bezige Bij, Amsterdam 1964.


Gemaakte gedichten. Verzamelde poëzie. De Bezige Bij, Amsterdam 1970.


Open als een schelp – dicht als een steen. Gedichten. De Arbeiderspers, Amsterdam 1978.


Aas. Gedichten. De Arbeiderspers, Amsterdam 1982.


Vuurtijd, IJstijd. Gedichten 1955-1983. Verzamelde poëzie. De Arbeiderspers, Amsterdam 1984.


Het gezicht van het oog. Gedichten. De Arbeiderspers, Amsterdam 1989.


Zelfportret van een ander. Dromen van het eiland en de stad van vroeger. Prozagedichten. Atlas, Amsterdam 1993.

Zo kon het zijn. Gedichten. Atlas, Amsterdam 1999.


Bitterzoet. Honderd gedichten van vroeger en zeventien nieuwe. De Arbeiderspers, Amsterdam 2000.


Met andere woorden. Poëzievertalingen. Stichting P.C. Hooftprijs, Atlas, Amsterdam 2004.



romancier_12
Romancier
In 1955 verscheen zijn debuutroman, Philip en de anderen. Nooteboom was toen tweeëntwintig jaar. LEES MEER


reiziger_12
Reiziger
Ontelbare keren schreef Nooteboom over het fenomeen, over hoe het komt dat hij altijd maar weer zijn koffers wil pakken. LEES MEER


kunstbeschouwer_12
still_kunstbeschouwer
Veel van Nootebooms essays handelen over kunst, en dan met name de takken waarbij het kijken centraal staat: schilderkunst, architectuur, film en fotografie. LEES MEER


cees_nu_uit



coverdvd De beelden zijn afkomstig uit de docu- mentaire Hotel Nooteboom (2009). Heinz Peter Schwerfel volgde Cees Nooteboom in het jaar waarin hij zeventig werd en in Duitsland zijn verzameld werk verscheen. Een portret met archiefmateriaal, fraaie landschappen en steden, interviews en fragmenten, door de schrijver zelf voorgelezen.

Klik voor meer informatie


bestelknop